vrijdag 27 november 2009

‘Bio-industrie’ verdwijnt

In plaats van de term 'bio-industrie' gebruikt Compassion in World Farming voortaan de nieuwe term 'vee-industrie'.

Dat doen we om een eind maken aan de verwarring met de biologische veehouderij. Veel mensen blijken namelijk niet te weten dat met bio-industrie grootschalige, zeer dieronvriendelijke veehouderij bedoeld wordt, terwijl 'biologische veehouderij' juist duidt op het tegenovergestelde: kleinschalige, diervriendelijke veehouderij.

Bovendien komt de afkorting ‘bio’ vaak voor. Wat de spreker of schrijver dan bedoelt kun je slechts raden. Om een eind te maken aan deze verwarring gebruiken we voortaan de term 'vee-industrie'. De introductie van de nieuwe term 'vee-industrie' is een afspraak van maar liefst 13 maatschappelijke organisaties, waaronder de Dierenbescherming, Varkens in Nood, Wakker Dier en Milieudefensie.

Compassion in World Farming gebruikt in nieuw drukwerk en in nieuwe (web) publicaties alleen nog maar de nieuwe term 'vee-industrie'. In oude publicaties kun je 'bio-industrie' nog tegen komen.

donderdag 12 november 2009

De aarde redden en vlees eten kan samen

Het is goed mogelijk tegelijkertijd:
  • de snel groeiende wereldbevolking te blijven voeden,
  • de opwarming van de aarde en de ontbossing tegen te gaan,
  • een einde te maken aan de ergste uitwassen van de vee-industrie,
door over te schakelen op een gezonder en eerlijker geproduceerde voeding, zonder het eten van vlees op te geven. Dit blijkt uit een nieuw rapport dat werd geschreven in opdracht van Compassion in World Farming en Friends of the Earth.

Het rapport ‘Eating the planet?’, is deze week gepubliceerd, kort voor de vergadering van de wereldvoedseltop van de FAO in Rome. Het rapport concludeert dat overschakelen op een duurzame en diervriendelijke landbouw en veehouderij niet ten koste hoeft te gaan van de mogelijkheid enkele malen per week vlees te eten.

De huidige grootschalige vee-industrie is verantwoordelijk voor de vernietiging van bossen en natuurgebieden in de armste landen. In plaats daarvan wordt het land gebruikt als weiland en als akkerland voor veevoer. De intensieve veehouderij die zo mogelijk wordt gemaakt produceert vooral vlees voor de rijkste landen, waar men per persoon gemiddeld zes maal zoveel vlees eet als in de armste landen.

Het onderzoek vergelijkt verschillende modellen van voedselproductie, dieten en landgebruik en concludeert dat er genoeg voedsel kan worden geproduceerd om de groeiende wereldbevolking te voeden met eerlijkere en gezondere dieten, waarbij tegelijkertijd ontbossing en dierenleed worden tegengegaan.

Doorgaan met de trend om meer vlees en zuivel te produceren zal rampzalige gevolgen hebben voor het klimaat en de grondstoffen op aarde. Nu al is de vee- en zuivelindustrie verantwoordelijk voor de uitstoot van meer broeikasgassen dan de transportsector. Waar de agri-business aandringt op verdere intensivering van landbouw en veehouderij om de wereldbevolking (die naar verwachting zal groeien tot boven de 9 miljard mensen in 2050) te blijven voeden, concluderen de onderzoekers dat een voedselpatroon waarbij drie dagen per week vlees gegeten wordt het mogelijk maakt de bossen ongeroerd te laten, dieren in extensieve boerderijen te houden en duurzamere landbouwmethoden te gebruiken. Bovendien stelt het rapport dat een eerlijkere verdeling van eiwitten een grote kans is om gezondheidsproblemen tegen te gaan, die veroorzaakt worden door ongezonde voedselpatronen in de rijke landen en door ondervoeding in ontwikkelingslanden.

Dat betekent dan wel dat er weinig ruimte is om gewassen te kweken voor de productie van bio-brandstoffen. Compassion in World Farming en Friends of the Earth stellen dat het voeden van mensen voorrang moet hebben en dringen er bij alle regeringen op aan intensieve veehouderij niet meer te ondersteunen, tengunste van duurzame en diervreindelijkere vormen van landbouw en veehouderij.

Het rapport 'Eating the planet', is in opdracht van Compassion in World Farming en Friends of the Earth geschreven door researchers van de Universiteit van Klagenfurt in Oostenrijk en het Instituut voor onderzoek naar de klimaatverandering in Potsdam, Duitsland.

Het volledige rapport, een samenvatting en een persbriefing kunnen worden gedownload via deze link.

maandag 2 november 2009

Milieuwetenschapper Brown: Voedselvoorziening hoofdzaak Kopenhagen

Het veiligstellen van de wereldvoedselvoorziening moet het belangrijkste doel zijn van de klimaatconferentie in Kopenhagen. Dat zei de Amerikaanse milieuspecialist Lester Brown vorige week in Londen tijdens een lezing die werd georganiseerd door Compassion in World Farming. Brown, oprichter van het bekende WorldWatch Institute, is bang dat de regeringen in Kopenhagen vooral zullen onderhandelen over het verdelen van kosten en daarbij de hoofdzaak uit het oog verliezen.

Volgens Brown is het mogelijk de opwarming van de aarde binnen de perken te houden, maar daarvoor is een grote inspanning nodig, die vergelijkbaar is met de militaire mobilisatie van de Verenigde Staten in de tweede wereldoorlog. Iedereen kan echter een bijdrage leveren door minder vlees en zuivelproducten te eten: "Hoewel we zelden kijken naar de gevolgen van verschillende voedselpatronen voor het klimaat, zijn deze op zijn zachtst gezegd wezenlijk. De Toyota Prius bijvoorbeeld, gebruikt ongeveer een kwart van de brandstof die een Chevrolet SUV nodig heeft. Zo is voor een plantaardig dieet ongeveer een kwart van de energie nodig die gebruikt wordt voor een dieet dat rijk is aan rood vlees. Door van zo'n vleesrijk dieet over te stappen op een plantaardig dieet kun je de uitstoot van broeikasgassen net zoveel reduceren als door een SUV in te wisselen voor een hybride auto. Als we er in de rijke landen in slagen stappen terug te zetten in de voedselketen, besparen we land, energie en water", aldus Brown.

De lezing van Lester Brown was de derde 'Peter Roberts memorial lecture', die Compassion in World Farming jaarlijks organiseert ter herinnering aan haar oprichter.

Een verslag en beelden van de lezing en de zaaldiscussie zijn te zien via onze internationale website www.ciwf.org